Karin, Sonja, Fleur en Ilse Kuijt: vier zussen, één basketbalpassie

Gepubliceerd op 6 september 2024 om 13:00

In de Nederlandse basketbalwereld zijn de namen van de Kuijt-zussen, Fleur, Karin, Sonja en Ilse Kuijt (van links naar rechts), een symbool van talent, toewijding, doorzettingsvermogen en succes. Deze vier getalenteerde speelsters hebben hun passie voor basketbal geërfd van hun ouders en hebben zich sindsdien ontwikkeld tot sleutelfiguren binnen hun teams. In dit artikel duiken we in hun persoonlijke en gezamenlijke ervaringen en ontdekken we wat hen drijft, zowel op als naast het veld.

Hoe het allemaal begon

De liefde voor basketbal begon bij de Kuijt-zussen al op jonge leeftijd. Hun ouders waren beide actief in de sport, en hun moeder gaf zelfs training aan de beginnersgroep. “Onze ouders hebben allebei gebasketbald,” vertelt Sonja. “Mijn moeder gaf training aan de beginnersgroep toen Karin begon met basketballen. Ik moest toen mee, want er was geen oppas voor mij, dus zo ben ik in aanraking gekomen met basketballen.”

Het enthousiasme sloeg snel over op Fleur en Ilse, die hun oudere zussen zagen spelen en daardoor zelf ook gemotiveerd raakten om te gaan basketballen. “Ik zag natuurlijk Karin en Sonja basketballen,” vertelt Fleur. “Op dat moment ga je het zelf ook gauw leuk vinden.”

Ilse: “Voor mij was het eigenlijk hetzelfde als bij Fleur. Zodoende ben ik deze sport ook al gauw leuk gaan vinden, en zijn we alle vier gaan basketballen.”

Karin herinnert zich nog goed hoe indrukwekkend het was om hun moeder te zien spelen voor dames 1 van Grasshoppers, in een volle zaal. Het bewonderen van hun ouders heeft de zussen geïnspireerd om zelf ook uit te blinken in basketbal. “Toen Sonja en ik zijn gaan basketballen, speelde onze moeder nog wel,” vertelt Karin. “Ik heb nog wel wedstrijden van haar zitten kijken bij dames 1 van Grasshoppers. Dat vond ik echt geweldig om te zien, gewoon zo’n volle zaal. Het was bewonderenswaardig om je eigen ouders zo te zien spelen.”

Wat basketbal zo leuk maakt

Voor de Kuijt-zussen is de aantrekkingskracht van basketbal te vinden in de veelzijdigheid van het spel. Karin benadrukt hoe leuk ze het spelletje vindt vanwege de snelheid en de specifieke rollen die iedereen binnen een team vervult. “Ik vind zelf gewoon het hele spelletje heel leuk. Het is snel en iedereen heeft zijn eigen rol in een team. Dat vind ik het allerleukste, omdat het zo veelzijdig is. Je moet zowel kunnen aanvallen als verdedigen. Het is daardoor nooit saai.”

Wat Sonja vooral waardeert, is de afwisseling in het spel. Voor haar is het teamaspect erg belangrijk, waarbij je samen met je team naar een gemeenschappelijk doel werkt. “Het afwisselende vind ik ook erg leuk. Je doet alles in het spel: aanvallen, verdedigen, schieten, dribbelen; het is toepasbaar op van alles. Daarnaast is het teamaspect natuurlijk ook heel mooi; dat je met een team naar een bepaald doel werkt, en dat je op een gegeven moment ook gewoon een vriendinnenteam bent dat onwijs goed presteert!”

Fleur vindt het mooi dat basketbal zoveel verschillende aspecten heeft waarin je je kunt verbeteren. Dit geeft iedereen de kans om bij te dragen aan het team en zich op meerdere vlakken te ontwikkelen. “Ik denk juist omdat er zoveel aspecten zijn in dit spel, dat je ook heel veel dingen kunt verbeteren. Hierdoor kun je echt het beste uit jezelf halen, op veel verschillende manieren. Iedereen kan hierdoor een bijdrage leveren, en dan kun je inderdaad met een team naar een doel toewerken. Dat vind ik ook heel mooi aan basketbal. Ik denk dat je als jeugdspeelster zo veelzijdig mogelijk moet proberen te worden en je dan moet inzetten op heel veel verschillende dingen. Hoe ouder je wordt, hoe meer je gaat specialiseren en hebt gespecialiseerd.”

Ilse heeft in het huidige seizoen een nieuwe rol aangenomen door meer te creëren voor zichzelf en anderen, in plaats van alleen te scoren. Deze verandering vindt ze juist leuk, omdat het haar spel veelzijdiger maakt. “Ik denk dat ik dit seizoen meer ben gaan creëren voor mezelf en voor anderen. Voorheen was ik meer een scorer, maar het creëren heb ik dit seizoen een iets andere rol, maar dat vind ik juist leuk.”

Vertellen over elkaars kwaliteiten

We gaan eens kijken hoe deze vier zussen elkaar als speelster zien, en of hetgeen wat ze over elkaar vertellen ook overeenkomt met hoe de speelster het zelf ziet. We gaan ze alle vier één voor één langs.

Sonja: Hoe zie jij Ilse als speelster?

“Ilse is een creatieve speelster. Ze kan op alle manieren scoren. Ilse heeft soms wel even peper in haar reet nodig, maar als ze dat heeft, dan is ze heel gevaarlijk, en dan is ze ook supersterk in de verdediging. Ze kan dan echt dat vuurtje aansteken wat nodig is, en dan vind ik haar op alle vlakken heel compleet. Ze is op dat moment dan echt een X-factor.”

Ilse: “Ja, dat klopt eigenlijk wel.”

Ilse: Hoe zie jij Karin als speelster?

“Karin is zeker een leider van het team. Ze creëert natuurlijk superveel voor iedereen, en je merkt dat als ze niet op het veld is, het spel dan vaak ook anders loopt. Verbaal is ze heel goed aanwezig. Ik zie haar ook als een verbinder in het team, met haar routine en ervaring.”

Karin: “Ja, ik denk dat dit ook wel klopt.”

Fleur: Hoe zie jij Sonja als speelster?

“Sonja is echt een pure schutter, zeker door de laatste jaren heen. Verbaal is ze ook een goede leider geworden. Voorheen was ze echt van het afronden qua acties. Door blessures heeft ze een andere rol moeten aannemen, maar ik denk dat haar dat heel goed is gelukt. Ze leidt echt het team, waarin ze mensen een spiegel voor kan houden.”

Sonja: “Dat probeer ik wel te doen, dus ik ben het daar wel mee eens.”

Karin: “Toen ik nog bij Bemmel speelde, was ik erg onder de indruk van hoe Sonja één tegen één de tegenstander kon afstoppen.”

Karin: Hoe zie jij Fleur als speelster?

“Ik vind Fleur eigenlijk ook een echte leider geworden, zowel binnen als buiten het veld. Ze is heel allround. Ze kan schieten, drijven, creëren en ook goed verdedigen. Wat haar echt speciaal maakt, is dat zij echt voorop in de strijd gaat, wanneer dan ook. Ze pakt haar tegenstander goed op in de verdediging, en daardoor trekt ze het hele team mee om ook hard te gaan verdedigen. Ik kan de bal altijd bij Fleur kwijt, want ze doet er altijd wat goeds mee: of het nou scoren is of creëren, ze zorgt in alle opzichten voor dreiging. Dat vind ik echt heel speciaal bij Fleur.”

Fleur: “Klopt wel wat Karin zegt, dat ik alles in mij geef.”

Hun beleving bij Grasshoppers

Een echte basketbalbeleving hebben de vier zussen ervaren bij Grasshoppers. Laten we eens zien hoe zij deze beleving kunnen omschrijven.

Een familieclub

Karin beschrijft Grasshoppers als een echte familieclub. Voor haar voelde het direct als een warm bad toen ze terugkeerde. Er heerst altijd een gezellige sfeer, ongeacht de dag. “Het is echt een familieclub. Als je hier komt, op welke dag dan ook, is het altijd gezellig. Zo voelde het gelijk voor mij toen ik weer terugkwam; echt als een warm bad. Het voelde gelijk weer als thuis.”

Sonja benadrukt hoe bijzonder het is om te zien hoeveel mensen betrokken zijn bij de club. Iedereen kent elkaar en voelt zich verbonden. Dit was vooral merkbaar toen ze voor het eerst kampioen werden; de vreugde was immens en gedeeld door alle leden. “Het is leuk om te zien dat er zoveel mensen meeleven. Je kent ook iedereen, dus iedereen voelt zich verbonden; met dames heen en weer reizen, kampioen worden. Toen we voor het eerst kampioen werden, vond ik het heel mooi om te zien hoe immens blij iedereen net als ons was. Dat vond ik heel mooi!”

Gezelligheid en gemeenschapsgevoel

Fleur prijst de gezellige sfeer binnen de club. Er worden veel activiteiten georganiseerd, waardoor Grasshoppers meer is dan alleen een vereniging. Dit gemeenschapsgevoel motiveert de leden om hard voor elkaar te werken. De aanwezigheid van veel vrijwilligers versterkt dit gevoel, omdat iedereen zijn best doet voor het gezamenlijke doel. “Het is fantastisch hier, en heel gezellig. Er worden veel dingen georganiseerd. Grasshoppers voelt echt als een vereniging, meer dan dat zelfs. Als je dat voelt, dan wil je ook voor elkaar werken. Er zijn natuurlijk ook heel veel vrijwilligers, en daar wil je je ook voor inzetten. Ik voel dat iedereen voor elkaar wil werken. Iedereen doet enorm z'n best.”

Ook Ilse heeft dit ervaren toen ze terugkwam na een seizoen in Duitsland. De warmte en de vriendelijke gesprekken met iedereen maakten haar terugkomst bijzonder aangenaam. “Toen ik na het seizoen in Duitsland hier weer terugkwam, voelde het gelijk weer als thuis. Iedereen kwam een praatje met je maken. Dat was altijd wel fijn, en dat schept natuurlijk een band, met iedereen die hier bij hoort.”

Sterke basis en jeugdopleiding

De sterke basis van Grasshoppers is iets wat Sonja benadrukt, met een uitstekende jeugdopleiding en diverse coaches, waaronder Rick Driessen. “De basis is gewoon heel goed hier. We hebben een hele goede jeugdopleiding met verschillende coaches. Dat kwam op een gegeven moment allemaal samen. Rick Driessen heeft daar natuurlijk erg veel aan toegevoegd, en er een topsportteam van gemaakt; met iedereen in haar eigen rol. Iedereen kon haar eigen waarde toevoegen en heel hard werken. Dat hebben we toen ook gedaan. Hopelijk komt er steeds meer jeugd naar voren.”

Groei en leren van successen en verliezen

De weg naar succes was lang en vol uitdagingen voor de zussen. Sonja herinnert zich daar veel van. “We hebben het allemaal meegemaakt: laatste geworden, de play-offs gehaald, we werden ineens eerste in de competitie, maar toen verloren we in de finale. Het is gewoon een lang proces geweest dat je hebt meegemaakt. In het begin toen verloren we wedstrijden, was dat altijd nipt. In de laatste minuten gooiden we de wedstrijd weg. Daar groei je op een gegeven moment overheen. Je gaat beter presteren, en dan win je ineens van topteams. In de finale staan was heel magisch, maar ook wel heel pijnlijk van het verlies. Je leert echter wel veel op die manier, tot op de dag van vandaag.”

Individuele vragen

Karin: Op jouw 16e kwam je voor het eerst uit op het hoogste niveau van Nederland bij Grasshoppers. Hoe was dat eerste moment voor jou?

“Ja kijk, voor mij is basketbal altijd mijn hele leven geweest, dus uiteraard wilde ik heel graag uitkomen op dat niveau. Die stap wilde ik ook maken, dat was ook mijn main goal. Later in 2012 ging ik naar Lekdetec Bemmel. Ik heb hier in Nederland nog niet alles laten zien naar mijn gevoel, qua wat ik kan. Ik wilde laten zien dat ik een team kan leiden. Ik wilde nog groeien in bepaalde opzichten, en ik had toen het gevoel dat dat op dat moment niet bij Grashoppers kon. Dat was een deel van mijn keuze, en het feit dat ik ook nog in het buitenland wilde basketballen. Ik nam even een tussenstapje nemen naar Bemmel, maar dat beviel mij toen zo goed daar. In plaats van één jaar ben ik daar vijf jaar gebleven. Tijdens mijn derde jaar in Bemmel bestond de club toen 40 jaar. Tijdens de wedstrijd was er een feestje georganiseerd, maar wij verloren die wedstrijd. Wij hadden zoiets van: ‘zij staan nu onder druk’.  Ineens win je die vierde wedstrijd. Op dat moment denk je: ‘Maar nog altijd drie te gaan’. Die vijfde wedstrijd wonnen we met één punt verschil. Wij bleven gewoon lekker ontspannen, en je zag dat Loon Lions toch met wat meer stress speelde aangezien zij moesten winnen. Uiteindelijk trekken we de serie door naar een beslissende wedstrijd die wij in Landsmeer wisten te winnen waardoor wij kampioen werden. Wij zijn daar ook heel erg in gegroeid.”

Ilse: Op jouw 16e kwam je voor het eerst uit op het hoogste niveau van Nederland bij Grasshoppers. Hoe was dat eerste moment voor jou?

“Enorm gaaf! Ik maakte mijn debuut samen met Noor Driessen en Mia Hordijk. Het was daardoor denk ik minder spannend, omdat ik samen met hen in de jeugd speelde.”

Ilse: In 2018 kwam je namens het onder 20 team van de Orange Lions in actie, en wonnen jullie de bronzen medaille. Hoe was dat EK voor jou?

Laki Lakner is een super goede coach en trainer. Ook de meiden die weinig hadden gespeeld, betrok hij er heel goed bij. Dat maakte ons echt een hecht team, en daardoor hebben we ook brons weten te behalen. Zie bijvoorbeeld de driepunters van Milou Vennema of van Katoo Koenen die in korte tijd gewoon zoveel inbrachten. Dat vond ik echt heel mooi. Een bronzen medaille is wat weinig teams hebben weten te behalen.”

Fleur: Ook op jouw 16e kwam je voor het eerst uit op het hoogste niveau van Nederland bij Grasshoppers, op het moment dat Karin naar Bemmel ging. Hoe was dat eerste moment voor jou?

“Ik vond het echt super spannend. Ik wist nog niet of ik er klaar voor was, dat is iets wat ik nog weet. Uiteindelijk komt het er wel van, en in het dames 1 team spelen is ook natuurlijk een enorm grote eer. Ik had toen ook wel een goed gesprek gehad met Ivo Boom. Hij had er een vertrouwen in. Het was echt met een heel divers team, met Marlous Nieuweveen, Natalie van den Adel. Corine Manuputty en Rianne Philippo. Het was een heel leerzaam seizoen, met Marlous als ‘moeder van het team’.

Fleur: Net als jouw zus Ilse heb ook jij een bronzen medaille behaald met de Orange Lions onder 20. Hoe heb je dat toernooi op Lanzarote beleefd?

“Met die groep zijn we met René van der Wielen als coach ook aan het onder 16 team van de Orange Lions begonnen, dus we waren al een tijdje daarvoor met elkaar aan de slag. René deed toen ook het onder 20 team. Het klopte gewoon allemaal. Lanzarote is een mooi eiland, en de sfeer in het team was ook geweldig. Iedereen kende elkaar goed. Iedereen liet elkaar in haar waarde, en iedereen had haar eigen kracht en rol. Ik denk dat we zo de halve finale hebben behaald en dan op die manier ook de bronzen medaille hebben gepakt.”

Sonja: Hoe was jouw eerste keer bij dames 1 van Grasshoppers?

“Heel spannend, maar ook heel leuk. Ik trainde daarvoor al een jaar mee. Echt mooi dat hard werken wordt beloond. Zoals het hier gaat, is het prima. Het is niet dat ik hier uitgeleerd ben, zeker niet, maar het is gewoon een onwijs leuk team.”

Sonja: Ook jij bent na een tijdje in actie gekomen namens het Nederlands team toch?

“Ja, het is gewoon echt zo mooi dat je namens het Nederlands team een bijdrage kan. Je zit te wachten totdat je erin mag, en dan mag je erin. Dat is echt heel gaaf.”

Karin: Je bent ook naar Duitsland en Italië gegaan. Wat heeft zowel Duitsland als Italië jou gegeven?

“Het is één van de mooiste herinneringen die ik heb. Ik heb heel veel mensen heb leren kennen. Het is een hele andere cultuur. De teams hebben me wel gewoon echt sterker gemaakt als persoon. Dat besef ik sinds ik terug ben hier. Het was echt prachtig om in 2023 het kampioenschap mee te maken met het team waar ik ben begonnen.”

Kampioen worden met z’n vieren

De vier speelsters hebben inmiddels veel moois meegemaakt gedurende hun carrière. Wat tot afgelopen seizoen nog niet is gebeurd is dat zij in één team kampioen zijn geworden. Een prachtig moment afgelopen seizoen, waar zij ook enorm trots op zijn. “Het is wel een droom die op dat moment uitkomt,” vertelt Karin. “Ik had dat nog op mijn lijstje staan, dat ik dat nog wilde meemaken voordat ik ga stoppen.”

Ilse: “Het was echt heel bijzonder om dit mee te maken, ook tijdens het seizoen dat ik terug ben gekomen naar Grasshoppers.”

Fleur: “Naast dat dit echt fantastisch is, is het ook prachtig om met ons hele team kampioen te worden. We zijn echt al een tijdje bij elkaar, we hebben er hard voor gewerkt, en om dan ook met de zussen dan kampioen te worden, dat is nog extra bijzonder!”

Sonja: “Elk kampioen is er natuurlijk één. Afgelopen kampioenschap heb ik eigenlijk op een andere manier beleefd, maar dit was super gaaf; dat je gewoon met je hele familie dit kan vieren!”

Het seizoen staat op het punt te beginnen. Zal Grasshoppers op herhaling gaan? Qua selectie zouden ze opnieuw in staat moeten zijn om ook dit seizoen succesvol voor de dag te komen!

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.